‘Music in Life’ voor iedereen die van klassieke muziek houdt !

logoMusicMusic in Life  –  Passie voor Klassiek! is een bedrijfje dat zich 3 jaar geleden in Laren vestigde en zich richt op het toegankelijk maken van en mensen te interesseren voor de wereld van klassieke muziek. De organisatie is in handen van Joop van Velzen, universitair afgestudeerd in de biologie/botanie én tevens in de muziekgeschiedenis. Joop concentreert zich op het ontwikkelen en geven van cursussen over allerlei onderwerpen uit de wereld van de klassieke muziek.

Zijn ruime aanbod van kortere en langere series van lessen levert een brede variëteit op van thema’s: van de Egyptische, Griekse en Romeinse cultuur, via de Middeleeuwen en Renaissance, de Barok en via de Romantiek tot in de ‘moderne’ klassieke muziek van de 20ste en 21ste eeuw! Behalve deze algemene geschiedenis van de klassieke muziek, geeft hij tevens cursussen over specifieke onderwerpen daarbinnen, zoals de opera, de symfonie, de kamermuziek en de liedkunst. Breed is tevens zijn aanbod aan tal van thematische programma’s, zoals o.a. de ‘Matthäus Passion’, ‘Poëzie en klassieke muziek’, ‘Vrouwelijke componisten’, Johann Sebastian Bach’, ‘Frans impressionisme in de klassieke muziek’. Daarnaast behandelt Joop  tal van onderwerpen, speciaal ter voorbereiding op religieuze feestdagen (Kerstmis, Pasen en Pinksteren), dan wel die aansluiten bij actuele gebeurtenissen en ontwikkelingen binnen de (inter)nationale wereld van de klassieke muziek. Zelfs aandacht voor klassieke muziek, ter voorbereiding van een verblijf op een gekozen vakantiebestemming, levert verrassende bijeenkomsten op, zoals bijvoorbeeld ‘Italiaanse opera’s in arena’s en theaters’, Scandinavische klassieke klanken’, ‘Klassieke muziek uit Oost-Europa en de Balkan’ en ‘Spaanse en Portugese klassieke muziek’!

Een klein bedrijfje, maar breed in het aanbod van tal van activiteiten om klassieke muziek nadrukkelijk(er) onder de aandacht van geïnteresseerden te krijgen en te houden! En in de eerste jaren van z’n bestaan kan een dergelijke organisatie welkome hulp gebruiken van een bedrijf, zoals G & S Financial Services. Hulp bij het doen van de BTW-aangiftes en de klant met goede raad bijstaan bij allerlei fiscale en financiële vraagstukken, zijn alvast twee terreinen waar ‘Music in Life’ op een bijzonder professionele wijze door
G & S Financial Services  mee ondersteund wordt. De persoonlijke wijze waarop Gertjan Spakman zijn diensten aanbiedt, uitvoert en daarbij de gewekte verwachtingen meer dan waarmaakt, betekent puur ‘toegevoegde waarde’! Zonder enige terughoudendheid een aan te bevelen ‘partner in business’ voor menig ZZP’er en MKB-organisatie!

Vakantiebrochure Music in Life 2016 Download

Curator gaat vaker over tot aansprakelijk stellen van bestuurders.

stropBestuurdersaansprakelijkheid een toenemend risico.

Wat voor een ontwikkelingen zien we in de markt

Bestuurdersaansprakelijkheid was jarenlang voor velen een onbekend fenomeen. De afgelopen jaren zien we echter een toenemend aantal claims. Bij faillissementen gaat de curator vaker over tot het aansprakelijk stellen van bestuurders. Een claim die het privévermogen van een bestuurder kan aantasten. Een andere ontwikkeling die  waarschijnlijk gaat spelen is dat er wettelijke bepalingen komen waardoor bestuurders van verenigingen  en niet commerciële stichtingen  persoonlijk aansprakelijk kunnen worden gesteld. Dat is nu nog niet in de wet geregeld.

Wanneer speelt aansprakelijkheid bij bedrijven en organisaties

We maken onderscheid tussen interne en externe bestuurdersaansprakelijkheid.

Bij interne aansprakelijkheid is de bestuurder persoonlijk aansprakelijk ten opzichte van de rechtspersoon. Indien een bestuurder zijn taak onbehoorlijk vervult is hij jegens de rechtspersoon zelf aansprakelijk. Denk bijvoorbeeld aan het niet afsluiten van voor het bedrijf noodzakelijke verzekeringen, het niet tijdig deponeren van de jaarrekening, boekhouding niet op orde of het aanwenden van financiële middelen voor privédoeleinden. In het geval van externe aansprakelijkheid stelt een derde (meestal een crediteur van de vennootschap) een bestuurder persoonlijk aansprakelijk voor de geleden schade. Denk hierbij aan het aangaan van financiële verplichtingen met leveranciers, terwijl de bestuurder bij voorbaat weet dat de organisatie deze verplichtingen niet kan nakomen.

Hoe kunnen bedrijven en organisaties risico’s rondom aansprakelijkheid beheersen

Door de toenemende bereidheid om bestuurders persoonlijk aansprakelijk te stellen en meer aandacht in de media moeten bedrijven, verenigingen en stichtingen zich gaan wapenen. Bijvoorbeeld door accuraat contract- en creditmanagement en het afsluiten van een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering met de juiste dekkingen voor zowel bestuurders als commissarissen. Ook als een claim niet wordt toegewezen, brengt dat toch de nodige verweerkosten met zich mee en mogelijke ook reputatieschade. Het afsluiten van een adequate verzekering is daarom tegenwoordig geen overbodige luxe.

Wat is dividend en hoe wordt het belast ?

dividendOver het uitgekeerde dividend moet in 2015 en 2016 belasting, dividendbelasting, worden betaald. Soms bestaat er voor deze belasting een vrijstelling, de deelnemingsvrijstelling. Als particulier kunt u de betaalde dividendbelasting ook terugvragen bij de Belastingdienst. Hoe is de belasting op dividend in ons land geregeld? Het maakt verschil of u een particulier, een onderneming bent of de directeur grootaandeelhouder DGA. Dividend is de nieuwe rente, maar levert u vaak veel meer rendement op dan de gewone spaarrente op een spaarrekening.

Wat is dividend?
Dividend is het bedrag dat door een bedrijf aan zijn aandeelhouders wordt uitgedeeld. Dividend kan een geldbedrag per aandeel zijn, maar dividend kan ook in nieuwe aandelen worden uitbetaald waarbij een aantal bestaande aandelen het recht geeft op nieuwe. De waarde hiervan is het stockdividend. Hoe het dividend ook wordt uitbetaald, het is een beloning voor u als aandeelhouder. Zoals een obligatie couponrente geeft kan een aandeel dividend geven. Maar het is nooit van te voren zeker of een dividend zal worden uitbetaald in een jaar
en hoeveel dat zal zijn. Deze bedragen gaan namelijk van de winst af en worden alleen maar uitbetaald als er
ook winst is. Dividend moet u los zien van de koers ontwikkeling van een aandeel. Als de koers van een aandeel omhoog gaat hebt u zowel een rendement door de koersstijging als door het dividend. Het bedrag aan dividend is onzeker en elk jaar anders en dat is een groot verschil met de couponrente op een obligatie waarbij van te voren vast staat hoeveel er jaarlijks aan rente zal worden uitbetaald.

De dividendbelasting
Omdat dividend een extra inkomstenbron is, moet in de meeste gevallen dividendbelasting worden betaald. Wat u ontvangt is het netto dividend, dat is het dividend na aftrek van de belasting. Zodra het is uitbetaald, noteert het aandeel van het bedrijf ex dividend. Maar er zijn genoeg bedrijven die ervoor kiezen om juist geen dividend uit te betalen en zo de winst te verhogen. Dat zal de koers van het aandeel in veel gevallen ten goede komen. De echte dividendjagers (zij die alleen op dividend uit zijn) wachten totdat het dividend is uitgekeerd en verkopen het aandeel dan weer. Anderen wachten dat moment niet af, weten dat er binnenkort dividend zal worden uitgekeerd en verkopen hun aandelen juist vlak voordat het zover is. Over koersstijgingen betaalt u immers geen belasting, over een ontvangen dividend wel. Dit zijn ook de momenten dat de koers van een aandeel rare sprongen kan maken. Wie daar handig op inspeelt, kan veel geld verdienen.

Hoeveel belasting op dividend betalen, box 3 of box 2 in 2014 en 2015 of 2016?
De particulier aandeelhouder betaalt in feite geen dividendbelasting. Er wordt wel 15% dividendbelasting ingehouden, maar dat bedrag kunt u weer terugkrijgen via uw aangifte inkomstenbelasting. In box 3 van de inkomstenbelasting is het vermogen belast en niet het rendement op vermogen. Maar u kunt ook een dga zijn. Voor u is er goed nieuws. Het box 2 tarief voor de dividendbelasting bedraagt in 2014 22%, in 2015 en 2016 weer 25%. Dit tarief werd in 2014 tijdelijk verlaagd van 25% naar 22% in de hoop dat u als directeur grootaandeelhouder uzelf meer dividend zult uitkeren en dit bedrag ten goede zult laten komen aan de economie. Deze tijdelijke verlaging met 3% is natuurlijk vooral interessant bij grote bedragen, De uitkerende bv of vennootschap kan de dividendbelasting verrekenen met de betaalde winstbelasting. Voor een teruggave moet dus aangifte inkomstenbelasting dan wel aangifte vennootschapsbelasting worden gedaan. Ook als u in het buitenland woont of daar gevestigd bent is een teruggaaf van de Nederlandse dividendbelasting mogelijk als met het betreffende land een belastingverdrag is gesloten.

Vrijstelling van belasting op dividend en deelnemingsdividend
Een stichting, vereniging of andere rechtspersoon kan vrijgesteld zijn van vennootschapsbelasting. In dat geval vult u het formulier verzoek dividendbelasting, teruggaaf voor rechtspersonen met vrijstelling van vennootschapsbelasting, van de Belastingdienst in. Een deelnemingsdividend tot slot kunt u niet terugvragen, maar wel verrekenen in uw aangifte vennootschapsbelasting. Daarbij gaat het om de gevallen waarbij een vennootschap 5% of meer aandelen in een andere vennootschap heeft.

Is het aantal opdrachtgevers bepalend of u zzp’er bent of niet? Wat is een gezagsrelatie ?

zzpVaak vragen zelfstandige ondernemers zich af of het aantal opdrachtgevers waarvoor in een jaar gewerkt wordt bepalend is of men zzp’er is of niet. Sommige zijn daarbij van mening dat men pas écht een zzp’er is wanneer in ieder geval voor drie verschillende opdrachtgevers in één jaar wordt gewerkt. Is het aantal opdrachtgevers daadwerkelijk van doorslaggevende betekenis om u als zzp’er te kwalificeren of spelen hier andere criteria een rol?

Om te bepalen of u zelfstandig ondernemer bent voor de inkomstenbelasting bekijkt de belastingdienst een aantal zaken. Eén daarvan is wel degelijk het aantal opdrachtgevers dat een ondernemer per jaar heeft. Een zzp’er werkt over het algemeen voor meerdere opdrachtgevers. Maar hoe de belastingdienst precies oordeelt, hangt meer af van uw persoonlijke situatie dan enkel en alleen het aantal opdrachtgevers waarvoor gewerkt wordt. Aspecten als de branche waarin gewerkt wordt, de omzet die behaald wordt, investeringen die gedaan worden, de rechtsvorm waaronder de onderneming opereert, het al dan niet hebben van een gezagsrelatie met de opdrachtgever en  de werkzaamheden die verricht worden, allemaal aspecten die veel belangrijker zijn om u als zzp’er te kwalificeren of niet. Het aantal opdrachtgevers waarvoor gewerkt wordt, speelt uiteraard wel een rol, maar dan veel meer ten aanzien van de eventuele gezagsrelatie dan enkel en alleen voor het kwalificeren van u als zzp’er.
Lees verder Is het aantal opdrachtgevers bepalend of u zzp’er bent of niet? Wat is een gezagsrelatie ?

Oudedagsreserve

Fiscale oudedagsreserveDe oudedagsreserve (OR), ook wel fiscale oudedagsreserve (FOR) genoemd, is een fiscale faciliteit voor ondernemers met een eenmanszaak, vof of maatschap om te sparen voor de oude dag. Als zzp’er met een eenmanszaak bouw je namelijk geen pensioen op zoals je dat in loondienst of als directeur-grootaandeelhouder wel kunt doen. Je mag gebruikmaken van de oudedagsreserve als je een eenmanszaak, vof of maatschap hebt en je voldoet aan het urencriterium. In 2014  mag je 10,9% van de winst aftrekken, met een maximum van ruim € 9.542,– Over dit deel hoef je in het betreffende jaar geen belasting te betalen.

Het bedrag dat je aan de oudedagsreserve toevoegt, komt aan de passivazijde op de balans te staan. De oudedagsreserve kan nooit meer bedragen dan het ondernemingsvermogen van je bedrijf. Het idee is dat je met de opgebouwde oudedagsreserve pensioen aankoopt. Wanneer je 67 wordt, of eerder wanneer je je onderneming staakt, moet je fiscaal afrekenen over de opgebouwde oudedagsreserve. Door het opbouwen van de oudedagsreserve stel je het betalen van belastingen dus uit. Dit kan op twee manieren voordelig zijn. Ten eerste kun je het uitgespaarde belastinggeld gebruiken voor een ander doel, zoals sparen of investeren. Ten tweede zijn de belastingtarieven vanaf je 67e waarschijnlijk lager en heb je dus per saldo mogelijk een belastingvoordeel.

Maar met het toevoegen aan de oudedagsreserve heb je nog geen oudedagsvoorziening opgebouwd. Wanneer je het bedrag dat je aan de oudedagsreserve hebt toegevoegd apart zet, bijvoorbeeld op een spaarrekening of in een polis, kan dit uiteraard wel een onderdeel van je oudedagsvoorziening worden. Een alternatief is om de opgebouwde oudedagsreserve om te zetten in een lijfrenteverzekering. Op het moment dat je dit doet, valt de opgebouwde oudedagsreserve vrij ten gunste van de winst en wordt het vrijgevallen bedrag voor de fiscus weer opgeteld bij je belastbare inkomen. Maar aangezien je de premies/koopsom voor een lijfrenteverzekering mag aftrekken van je inkomen, betaal je per saldo niet méér belasting.

Zowel het doteren aan de OR als de aftrek lijfrente is gebonden aan een maximum. De ruimte voor de aftrek lijfrentepremies wordt beïnvloed door dotatie aan de OR. Wat in jouw situatie de beste keuze is, kun je het best bespreken met een expert. Kortom, de oudedagsreserve is een fiscale faciliteit die vaak wordt gebruikt om vooral zodra je onderneming winst gaat maken de belastingdruk te verlagen, maar waar je wel verantwoord mee moet omgaan, om te voorkomen dat je later belasting moet betalen over geld dat je niet hebt.

Bij het beëindigen van de onderneming of wanneer u als zzp’er met pensioen gaat, moet u het totale bedrag dat u heeft afgeschreven naar de oudedagsreserve gebruiken om een lijfrente te kopen, waarvan de uitkering wordt belast in Box 1. Maar dan moet u natuurlijk wel over voldoende liquiditeit beschikken. En of u nu geld heeft of niet, ooit zult u de fiscus moeten betalen

Als u verandert van eenmanszaak naar een BV dient er in principe te worden afgerekend. Het is ook mogelijk om de fiscale oudedagsreserve om te zetten in een recht op lijfrente-uitkering door de BV. In dat geval hoeft er niet direct worden afgerekend. Echter één van de voorwaarden voor het overbrengen van de OR naar de BV is dat de lijfrente niet mag leiden tot een schuld van de inbrenger aan de BV. Daar dient de inbrenger dus een (liquide) betaling te verrichten aan de BV om zijn OR daar onder te brengen. Dat geld mag na de oprichting van de BV niet direct worden doorgeschoven naar andere posten. In vaktermen noemt men dit een ‘rondje kasgeld’.

 

Afschaffing extra verhoging heffingsvrij vermogen ouderen

ouderenVanaf 2016 vervalt de extra verhoging heffingsvrij vermogen voor ouderen (de ouderentoeslag). Dit heeft gevolgen voor de belasting die u betaalt.
Het kan ook gevolgen hebben voor uw zorgtoeslag, huurtoeslag of kindgebonden budget.

Heeft u vermogen? Dan betaalt u daar belasting over. Maar niet over zijn hele vermogen. Over een deel van het vermogen hoeft u geen belasting te betalen. Dit is het heffingsvrij vermogen. Heeft u de AOW-leeftijd bereikt? Dan kunt u tot en met 2015 recht hebben op een verhoging van het heffingsvrij vermogen. Dit wordt ook wel de ouderentoeslag genoemd.

De extra verhoging van het heffingsvrij vermogen voor ouderen vervalt vanaf 2016 omdat het kabinet de belastingvrijstelling voor inkomen uit vermogen voor iedereen gelijk wil trekken. Ouderen met vermogen worden voortaan dus hetzelfde behandeld als andere burgers met vermogen.

Voor wie geldt dit?
Het vervallen van de extra verhoging van het heffingsvrij vermogen (de ouderentoeslag) heeft alleen gevolgen als u deze in 2015 krijgt.

Wat merkt u van het vervallen van de extra verhoging?
Hij gaat meer belasting betalen. Het kan gevolgen hebben voor zijn zorgtoeslag, huurtoeslag of kindgebonden budget. Andere toeslagen, tegemoetkomingen of eigen bijdragen waarbij het inkomen of vermogen een rol speelt, veranderen of verdwijnen.

Niet eens met een factuur, betalen of niet ?

tipsIndien je het niet eens bent met een factuur, moet je hem dan toch betalen?  Deze vraag komt vaak ter sprake.

Als je het (volledig) oneens bent met de factuur, kijk dan in ieder geval even welke  algemene voorwaarden van toepassing zijn en mocht je willen reclameren, doe dat dan  binnen de betalingstermijn of zoveel eerder als de algemene voorwaarden  of factuur dat aangeven en doe dit het liefst dan per aangetekende brief.

In de praktijk blijkt dat men het vaak niet met de hele factuur eens is, maar wel met een gedeelte ervan. Er ontbreken bijvoorbeeld goederen bij levering of een dienst is niet goed uitgevoerd. In dat geval is het beter om in ieder geval dat gedeelte te betalen waarmee u het wel eens bent en doe dat ook binnen de betalingstermijn, want daarmee kun je, mocht een meningsverschil tot een juridische procedure leiden, aantonen dat je van goede wil bent. De praktijk laat echter vaak genoeg zien dat de gehele factuur niet wordt betaald !

Bij diensten kan het zijn dat de uitgevoerde werkzaamheden niet voldoende gespecificeerd zijn. Dat mag als het gaat om een aangenomen som (vast bedrag). Je betaalt de factuur dan conform de geaccepteerde offerte. Maar als iemand werkzaamheden uitvoert op basis van uurloon (regie/daggeld), dan moeten de  werkzaamheden duidelijk worden omschreven.

Het is daarnaast raadzaam om zoveel mogelijk bewijzen te verzamelen voor dat gedeelte van de factuur waar je het niet mee eens bent. Bijvoorbeeld wat er niet is geleverd of welk werk niet is uitgevoerd. De ander moet dan met tegenbewijzen komen en dat is in de praktijk niet altijd zo simpel.

Belangrijk is om zo  snel mogelijk na aflevering te controleren of je wel de juiste en volledige bestelling hebt ontvangen.  Ook een pakbon bij ontvangst niet blindelings tekenen. Kijk indien mogelijk of de bestelling compleet is en of voer een optische controle uit op beschadigingen. Deze goed en duidelijk vermelden op de pakbon !

Gaan de seniorendagen op de helling ?

ouder

Om de hoge werkloosheid onder ouderen tegen te gaan, moet worden gesneden in de vele leeftijdsvoordelen voor ouderen die zijn opgenomen in cao’s. Bijvoorbeeld seniorendagen maken hen te duur voor werkgevers.

Althans dat adviseert het Centraal Planbureau (CPB) die een onderzoek heeft gepubliceerd  naar de langdurige werkloosheid. Volgens de rekenmeesters zijn ouderen sneller de dupe op de arbeidsmarkt. De seniorendagen maken ouderen duurder voor werkgever, dus voor een werkgever die kan kiezen tussen die oudere of een jongere, is de keus snel gemaakt.

Veel oudere werklozen hebben naar verwachting weinig aan het economische herstel
dat is ingezet. Om hun weer aan het werk te krijgen zijn fundamentele herzieningen op
de arbeidsmarkt noodzakelijk. De relatief hoge lonen, leeftijdsafhankelijke ontslagvergoedingen en pensioenkosten maken 50-plussers duurder. Ook hebben ouderen vaak allerlei ‘ontziemaatregelen’ in cao’s, die hen extra rechten of minder plichten geven.

Werkgevers zijn hierdoor terughoudend met het in dienst nemen van oudere werklozen. Men zal in Den Haag een ander beleid moeten gaan voeren om hier snel verandering in aan te brengen.

In veel sectoren krijgen werknemers vanaf hun 50ste of 55ste ieder jaar een paar extra vakantiedagen. Zijn deze seniorendagen een vorm van leeftijdsdiscriminatie ? Eigenlijk zou je in het belang van ouderen zelf, helemaal af moeten van elke vorm van leeftijdsdiscriminatie, ouderen zijn tegenwoordig ook veel fitter dan twintig jaar geleden en er hangen veel vooroordelen aan het in dienst nemen van een 50 plus werknemer. De arbeidsmarkt voor de 50 plus werknemers zit op slot !

Versobering of afschaffing van seniorendagen, oneerbiedig ook wel “ouwelullendagen” genoemd, is vaak een knelpunt in veel cao-onderhandelingen. Zo willen werkgevers in de metaal en de bouw fors snijden in het aantal vrije dagen voor ouderen. Door afschaffing van de vut en de verhoging van de pensioenleeftijd blijven steeds meer ouderen langer doorwerken. Is dat een succes ?  Vast staat wel dat als een 50 plusser eenmaal zijn baan kwijt is, de kans op ander werk erg klein wordt.

Er is sprake van een structureel probleem als vier op de tien langdurig werklozen in Nederland ouder zijn dan 50 jaar. In de rest van Europa ligt dat aandeel overigens aanzienlijk lager.

Het planbureau wil niet alleen de seniorendagen aanpakken, maar ook de ontslagvergoeding voor ouderen en de WW-uitkering. Zal dat het probleem oplossen ?
Het zou daarnaast goed zijn om ook eens naar de voordelen te kijken van het in dienst nemen van een 50 plusser en proberen de vooroordelen weg te nemen. Maar daarover meer in mijn volgende blog

Uw woning en de inkomstenbelasting

Binnenkort doet u belastingaangifte over 2014. We hebben de belangrijkste belastingtips voor uw eigen woning op een rij gezet. Dit helpt u financiële keuzes te maken in 2015.

Vul uw belastingaangifte in vóór 1 april
Als u na 1 april 2015 belastingaangifte doet en u moet belasting betalen, betaalt u over het te betalen bedrag 4% rente. Dit geldt voor de periode die loopt van 1 juli 2015 tot het einde van de reguliere betalingstermijn op de aanslag. Krijgt u geld terug van de Belastingdienst, dan ontvangt u vanaf 1 juli 2015 4% rente tot het einde van de reguliere betalingstermijn op de aanslag. Dit is van toepassing als de Belastingdienst er langer dan 3 maanden over doet om een aanslag op te leggen. Maar dient u de aangifte te laat in, dan geldt dit niet altijd. Zorg er dus voor dat u vóór 1 april 2015 aangifte doet.

Verbouwen extra aantrekkelijk vanwege btw-verlaging
Bent u van plan uw woning te verbouwen? Dan kan het aantrekkelijk zijn dat vóór 1 juli 2015 af te ronden. Dan betaalt u namelijk maar 6 % btw (in plaats van 21 %) over het arbeidsloon voor verbouwingen en tuinonderhoud. Daardoor kunt u veel besparen op de kosten voor bijvoorbeeld een aannemer, schilder of tuinier. De btw-verlaging geldt onder de volgende voorwaarden:

  • de woning is bestemd voor particuliere bewoning;
  • de verbouwing is voor 1 juli 2015 afgerond;
  • als het een nieuwbouwwoning betreft, moet deze langer dan 2 jaar bewoond zijn voor de verbouwing.

Tariefaanpassing aftrek kosten eigen woning
Sinds 2014 geldt een beperkende maatregel voor de hypotheekrenteaftrek. De maximale aftrek wordt, in jaarlijkse stappen van 0,5 procentpunt, langzaam afgebouwd van 52% naar 38%, of het tarief van de derde schijf in 2041. Deze afbouw is alleen van toepassing als u de rente aftrekt in de vierde schijf (vanaf bruto jaarinkomen 57.586 euro) van de inkomstenbelasting. Dit betekent dat u in 2015 uw hypotheekrente in de vierde schijf nog tegen 51% mag aftrekken. In 2016 wordt dit 50,5%. Houdt u er dus rekening mee dat uw netto hypotheeklasten geleidelijk kunnen veranderen.

Middelen van inkomen Bent u in de afgelopen jaren meer of minder gaan verdienen? Als u de afgelopen jaren wisselende inkomsten heeft gehad, dan betaalt u waarschijnlijk meer belasting dan als uw inkomen gelijkmatig verdeeld zou zijn over meerdere jaren. Mogelijk krijgt u geld terug als u gebruikmaakt van de middelingsregeling. Kijk ook op de site van de Belastingdienst.

Aflossen aantrekkelijk bij geringe eigenwoningschuld
Jaarlijks telt u een percentage van de WOZ-waarde van uw woning bij uw inkomen op. Dit bedrag wordt het eigenwoningforfait genoemd. Als het eigenwoningforfait hoger is dan de door u betaalde hypotheekrente, dan wordt er per saldo geen rente afgetrokken van uw inkomen. Heeft u een geringe eigenwoningschuld? Dan kan het voor u voordelig zijn om gedurende het jaar uw eigenwoningschuld af te lossen.

Neem eens vrijblijvend contact met ons op.

Nieuwe deadline aangifte inkomstenbelasting is 1 mei

Aangifte IB doe je nu tussen 1 maart en 1 mei

De periode om aangifte te doen voor de inkomstenbelasting (IB) is veranderd. Voorheen moest er voor 1 april aangifte worden gedaan. In 2015 kun je aangifte doen tussen 1 maart en 1 mei. In 2016 wordt de periode mogelijk verder opgerekt.

Reden is de drukte voor de Belastingdienst en bijbehorende technische storingen in voorgaande jaren. Ook heeft de gewijzigde aangifteperiode te maken met de optie om gebruik te maken van de “’vooraf ingevulde aangifte”’.

Met de vooraf ingevulde aangifte (VIA) worden allerlei gegevens over bankrekeningen en hypotheken al automatisch zijn ingevuld. Omdat die gegevens pas 1 maart bekend zijn, mogen alle aangiften voortaan pas vanaf die datum worden gedaan. Omdat er pas vanaf
1 maart aangifte mag worden gedaan, is de einddatum van 1 april losgelaten. Dat wordt nu 1 mei.

Als je voor 1 april aangifte doet krijg je wel de garantie dat er voor 1 juli een voorlopige of definitieve aanslag binnenkomt. Die garantie vervalt voor mensen die na 1 april aangifte doen.

Er zijn nog enkele uitzonderingen. Mensen mogen nog wel voor 1 maart hun aangifte doen, maar dan moeten hun fiscale adviseurs gebruik maken van de zogeheten ‘beconregeling’. In het kader van de Hulp bij Aangifte (Huba) mag ook nog voor 1 maart aangifte worden gedaan.

Er is er ook nog een aparte regeling voor de circa 5,5 miljoen mensen die over 2014 een naheffing moeten betalen. Die zal gemiddeld 150 euro bedragen, met maxima rond de 700 euro. Mensen krijgen, bovenop de gebruikelijke zes weken, vier maanden extra om dit bedrag te betalen.